Boeren en telers in het noorden willen windmolens
Geplaatst op 03 februari 2021
Veel agrariërs hebben al geďnvesteerd in duurzame energie of willen dit graag doen, zo blijkt uit de enquęte. Maar liefst 54 procent van de respondenten heeft geďnvesteerd in zonnepanelen en 36 procent wil investeren in een kleine windmolen. "Met windenergie kunnen we voorkomen dat vruchtbare landbouwgrond verloren gaat aan zonneparken", zegt regiobestuurder Tineke de Vries van LTO Noord.
Animo voor kleine windmolens
Ook blijkt dat 9 procent van de respondenten uit Friesland, Groningen, Drenthe al over een kleine windmolen beschikt. Vooral onder agrariërs in Friesland is veel animo voor kleine windmolens. Dit heeft er alles mee te maken dat boeren en tuinders in deze provincie sinds kort maximaal drie windmolens met een ashoogte van 15 meter mogen aanleggen om te voorzien in duurzame energie. "Door onze uitgebreide lobby heeft de provincie de Verordening Romte Fryslân op dit punt aangepast", vertelt De Vries.
Voorkomen verlies van kostbare landbouwgronden
De aanleiding van dit onderzoek zijn de Regionale Energiestrategieën (RES) die in de drie Noordelijke provincies worden gemaakt. "Daar is LTO Noord bij betrokken. Voor het halen van de klimaatdoelstellingen gaan de provincies nog meer inzetten op duurzame energie. Denk niet alleen aan zonnepanelen en windenergie, maar ook aan zonneparken. We willen voorkomen dat kostbare en vruchtbare landbouwgronden verloren gaan", zegt de regiobestuurder.
Meer ruimte voor zon op dak en windenergie
LTO Noord wil meer ruimte voor de aanleg van zonnepanelen op daken en de investering in windenergie op het boerenerf. "Blijkbaar zijn veel zonneparken in handen van buitenlandse investeerders. Deze gronden zien wij als agrarische sector waarschijnlijk niet meer terug. Daarom is het zaak dat wij de vinger aan de pols houden en betrokken worden bij het maken van de RES."
Afspraken met provincie en gemeenten
In Drenthe heeft LTO Noord afspraken gemaakt met de provincie en gemeenten om agrariërs bij dit vraagstuk te begeleiden. "Wij gaan de boer op en zorgen dat de praktijk, kennis en deskundigheid worden meegenomen naar de provincie. We werken nauw samen. Er zitten geen commerciële partijen tussen. Met deze aanpak kunnen we boeren beter begeleiden in de investering en subsidieaanvraag", zegt De Vries. "Dit begeleidingstraject willen we ook uitrollen in de provincies Friesland en Groningen. Daar gaan we mee aan de slag."
Bron: Goedemorgen