Werkloosheid daalt iets
Geplaatst op 16 november 2023
In oktober hadden 3,6 miljoen mensen van 15 tot 75 jaar om verschillende redenen geen betaald werk. Naast werklozen ging het om 3,2 miljoen mensen die niet kort geleden hebben gezocht naar en/of niet direct beschikbaar zijn voor werk. Zij worden niet tot de beroepsbevolking gerekend. Het gaat vooral om mensen die met pensioen zijn of niet kunnen werken door ziekte of arbeidsongeschiktheid. Het aantal mensen buiten de beroepsbevolking nam in de afgelopen drie maanden met gemiddeld 3 duizend per maand toe.
UWV: WW-uitkeringen in oktober licht gestegen
Het aantal WW-uitkeringen is in oktober 2023 licht gestegen. Eind deze maand verstrekte UWV 155,8 duizend WW-uitkeringen. Dit is een stijging van 0,4 procent ten opzichte van eind september (155,1 duizend). In oktober werden er 17,6 duizend uitkeringen beëindigd, terwijl er 18,3 duizend nieuwe uitkeringen bij kwamen.
In vergelijking met september namen de WW-uitkeringen met name toe in de sectoren horeca en catering (+5,0 procent) en landbouw, groenvoorziening, visserij (+4,9 procent). Dalers zijn er ook: bij onderwijs (-4,1 procent), bank- en verzekeringswezen (-2,7 procent) en cultuur (-1,5 procent).
Werkloosheid vrijwel op zelfde niveau als een jaar geleden
Het aantal werklozen lag in oktober met 361 duizend ongeveer even hoog als dezelfde maand een jaar eerder (365 duizend). Eind vorig jaar en begin dit jaar daalde de werkloosheid nog en steeg vervolgens weer licht. Het aantal werkenden nam daarentegen steeds verder toe en steeg tussen oktober 2022 en oktober 2023 met 154 duizend. De nettoarbeidsparticipatie nam daarmee toe van 72,1 naar 73,1 procent.
In oktober waren er duizend werklozen minder dan drie maanden eerder (hiermee bleef de werkloosheid gemiddeld per maand vrijwel gelijk). De ontwikkeling van de werkloosheid is het resultaat van onderliggende stromen tussen de werkzame, de werkloze en de niet-beroepsbevolking. Het schema hieronder laat die stromen zien. De figuur daaronder toont de ontwikkeling van die verschillende stromen in de afgelopen maanden.
De werkloosheid kan toe- of afnemen door vier verschillende stromen. Twee van die stromen kunnen de werkloosheid doen dalen. De eerste is de stroom van werklozen die een baan vinden. De tweede is de stroom van werklozen die stoppen met zoeken en de arbeidsmarkt verlaten. Er zijn ook twee tegengestelde stromen, die de werkloosheid kunnen vergroten. Het gaat om werkenden die hun baan verliezen en om mensen die zich eerder niet aanboden op de arbeidsmarkt en op zoek zijn gegaan naar werk. Als ze niet meteen werk vinden, worden ze deel van de werkloze beroepsbevolking.
In de afgelopen drie maanden hielden de vier stromen elkaar ongeveer in evenwicht waardoor de werkloosheid gemiddeld per maand vrijwel gelijk bleef.