Groen wordt steeds belangrijker voor steden

Groen wordt steeds belangrijker voor steden

De aandacht van steden en rijksoverheid voor groen in de woonomgeving is de afgelopen jaren toegenomen. Gezondheid en welzijn van burgers, het klimaatbestendig maken van steden en het vergroten van de stedelijke biodiversiteit zijn hiervoor belangrijke redenen. De coronapandemie heeft een extra impuls gegeven aan de beleidsmatige aandacht voor groen.

Onderzoek van Wageningen Environmental Research laat zien hoe binnen het rijks- en het gemeentelijke beleid wordt gedacht over het belang van groen in de stedelijke omgeving. Hieruit blijkt dat deze aandacht het afgelopen decennium is toegenomen, en dat klimaatadaptatie en gezondheid nieuwe, centrale thema's zijn. Het beleid op het gebied van het klimaatbestendig maken van steden is het concreetst uitgewerkt. De aandacht voor de gezondheidsbevorderende rol van groen blijkt onder andere uit het Programma Groene Gezonde Leefomgeving (PGGL) van de rijksoverheid. Zowel de rijksoverheid als gemeenten zetten in op een integrale benadering van groen, gericht op meerdere functies van groen.

Vertaling van ambities naar praktijk lastig
De vertaling van gezondheidsambities op hoofdlijnen naar groenmaatregelen in de praktijk is nog lastig. Dit komt omdat kennis over de wijze waarop de voordelen van groen tot stand komen nog grotendeels ontbreekt. Gemeenten zetten bij nieuwe stedelijke ontwikkelingen tools in om vanaf het begin voor voldoende groen te zorgen; de uitdaging is de afdwingbaarheid hiervan. Het beleid voor vergroening van bestaand stedelijk gebied lijkt minder ver ontwikkeld dan dat voor nieuwe stedelijke ontwikkelingen. Een aantal gemeenten heeft verder de ervaring dat het combineren van functies wringt: de druk op groen is groot en het spanningsveld omtrent het combineren van functies is er door corona niet minder op geworden.

Behoefte aan meer kennis
Vanuit het beleid bestaat een duidelijke behoefte aan meer en betere kennis over welke type groen, met welke kenmerken en kwaliteiten het effectiefst is met het oog op de gezondheid en het welzijn. In veel gevallen is de wetenschappelijke kennis hiervoor nog niet beschikbaar, of nog te globaal om al concrete handvatten voor de praktijk te bieden: veelal is maatwerk nodig, waarbij rekening wordt gehouden met de lokale omstandigheden. Voor een aantal specifieke onderwerpen zijn er al wel eerste richtlijnen ontwikkeld (bijvoorbeeld voor het tegengaan van hittestress). Het grotendeels ontbreken van de gewenste kennis maakt het voor steden lastig om goed in te schatten of functiecombinaties, zoals het bevorderen van zowel klimaatbestendigheid als gezondheid, voor beide functies gunstig uit zullen pakken. Het risico bestaat dan dat de concreetst uitgewerkte functie richtinggevend wordt.

Groen dichtbij is belangrijk
Op basis van de beschikbare wetenschappelijke literatuur bevelen de onderzoekers aan om te zorgen voor een ruim, gevarieerd en goed onderhouden groenaanbod. Dit vergroot de kans dat er voor verschillende functies en verschillende bevolkingssegmenten (met verschillende behoeften en voorkeuren) passend groenaanbod aanwezig is. Daarbij zijn, naast openbare groengebieden, zeker ook privégroen en kleine groenelementen zoals straatbomen relevant. Ook het grote belang van nabijheid en de mate van contact met het groen wordt benadrukt.

Bron: Wageningen U&R

Deel artikel