ING: Beperkte schade door lossere lockdowns
Geplaatst op 16 september 2021
De economie bleef sterker door de lossere lockdowns, die het resultaat waren van beleid én de manier waarop Nederlanders zich gedroegen. Ook andere factoren speelden mee, zoals de kleinere toeristische sector die hard geraakt werd. Dat we in Nederland anders zijn gaan denken over overheidsfinanciën, heeft Nederland crisisbestendiger gemaakt. Maar dat betekent nog niet dat er nu voor alles altijd geld is. Dat concluderen ING-economen op basis van een analyse van onder meer de overheidsfinanciën.
Grote verschillen in oploop van de schuldquote
In slechts drie eurozonelanden (Finland, Ierland en Luxemburg) ontwikkelt de schuldquote zich naar verwachting tot en met dit jaar nog iets gunstiger dan in Nederland (+12% bbp), terwijl in alle andere landen de schuldquote harder opliep. Vooral Griekenland, Malta, Cyprus, Spanje, Oostenrijk en Italië spannen de kroon. Een aantal van deze landen had voorafgaand aan de coronacrisis ook al een hoge schuldquote.
De economen zien geen aantoonbaar oorzakelijk verband tussen de hoge schuldquote vooraf en de sterke oploop als gevolg van steunpakketten. De ECB wist met stevige ingrepen te voorkomen dat landen met een hoge schuldquote hinder hadden van een hoge rente. Daarmee verhinderde de hoge bestaande schuld deze landen niet om hun economie met steunpakketten te stutten. Omgekeerd heeft de lage schuldquote van Nederland vooraf geen zichtbare positieve invloed gehad op de gunstigere ontwikkeling hier. Marieke Blom, hoofdeconoom van ING Nederland: "Het relatieve succes in Nederland lijkt in deze crisis niet te komen door wat hier 'een buffer voor slechte tijden' is gaan heten. Maar op termijn is dit geen vrijbrief voor het hoog laten oplopen van de staatsschuld, want er waren flinke interventies van de ECB voor nodig om te voorkomen dat landen met een hoge schuld extra op achterstand kwamen."
Een groter steunpakket verhoogt de schuldquote sterker. De omvang van de steun had daarmee wel invloed op de relatieve positie van landen. Blom: "De steunbedragen van de Nederlandse overheid waren in historisch opzicht hoog, maar internationaal vergeleken ondergemiddeld. De Nederlandse schatkist werd mede hierdoor wat minder geraakt."
De verschillen in de schuldquote-ontwikkeling tussen landen zitten vooral in de economie. Nederland springt er vooral hier positief uit. De economie kromp hier minder en dat lijkt vooral samen te hangen met een kleinere daling van de mobiliteit. De per saldo lossere lockdowns zijn het resultaat van overheidsbeleid en het gedrag van burgers. Tot slot 'profiteerde' de Nederlandse schatkist van de kleinere toeristische sector, meer mensen die goed konden thuiswerken en sterker stijgende woningprijzen. Blom: "Slechts deels valt de beperkte schade aan de schatkist te verklaren door beleidskeuzes, en dan lijken vooral de lossere lockdowns uiteindelijk geld te schelen. De zuidelijke landen hebben echt pech gehad dat het virus juist hun grote toeristische sector raakte. Dat lijkt me wel iets om mee te wegen in het debat over de overheidsfinanciën in Europa."
Implicaties voor de Nederlandse schatkist
Deze crisis heeft invloed op het denken over overheidsfinanciën in Nederland. Toch nuanceren de economen de lessen: "Mooi dat 'niet snoeien als het vriest' nu een motto is bij een economische crisis. Dat maakt Nederland minder conjunctuurgevoelig. Toch past de steun, met dermate hoge extra uitgaven en nieuwe beleidsinstrumenten, bij de tijdelijkheid en diepte van deze crisis, maar niet bij een normale conjunctuurdip", aldus Blom. "Voor de toekomst grijpen we terug op ons kompas voor overheidsfinanciën uit 2017: gemiddeld mogen de uitgaven iets hoger zijn dan de inkomsten en investeringen die zich vrijwel zeker terugverdienen kan de overheid bekostigen met geleend geld. En tijdens een normale conjunctuurdip kunnen de gebruikelijke automatische stabilisatoren, zoals de werkloosheidsuitkeringen, hun werk doen. Aan die uitgangspunten is eigenlijk niets veranderd."
Bron: Goedemorgen