LED: gevolgen voor gewas en wijze van telen
Geplaatst op 16 maart 2023
LED-lampen bieden meerdere voordelen ten opzichte van hogedruk natriumlampen, in de volksmond beter bekend als SON-T’s. Zo vragen ze minder energie om eenzelfde hoeveelheid groeilicht (PAR) te genereren, is de lichtoutput eenvoudig en traploos te regelen (dimmen) en is het aangeboden spectrum nauwkeurig af te stemmen op de behoefte en de gewenste ontwikkelingsrichting van het gewas (stuurlicht). En er is nog een verschil. In tegenstelling tot SON-T lampen geven LED-lampen geen stralingswarmte (NIR) af. In kasteelten wordt dat soms als een beperking ervaren, in meerlaagse teeltsystemen is het daarentegen een voordeel.
Minder verdamping onder LED
Plantenfysioloog en directeur Sander Hogewoning van Plant Lighting ging dieper in op de veranderde energiebalans die samenhangt met de transitie naar LED-belichting. Doordat de plant per eenheid groeilicht minder warmte ontvangt, die de drijvende kracht vormt voor de verdamping, kan er onbalans ontstaan tussen de assimilatie (vrijwel geen verschil met SON-T) en de aanvoer van water en nutriënten. Aan de hand van een natuurkundige vergelijking tussen de twee belichtingsconcepten (SON-T versus LED, beide 200 µmol/m2/sec, toplicht) rekende hij voor dat een gewas in het geval van LED ruwweg de helft aan stralingsenergie ontvangt via het PAR en het NIR spectrum. De ontvangen straling vanuit LED’s (alleen PAR) wordt weliswaar beter geabsorbeerd dan de PAR + NIR straling van SON-T, maar per saldo zal het gewas toch minder verdampen. Bij 20 uur belichten per etmaal daalt de berekende verdampingsenergie van 2,5 naar 1,5 liter per m2 per dag. Dat scheelt dus een volle liter. Wanneer de plant bij dat lagere verdampingsniveau niets tekort komt, is dat goed nieuws. Minder water verdampen kost immers minder energie. Wanneer de plant bij het lagere verdampingsniveau wel tekort komt, zal de verdamping anderszins gestimuleerd moeten worden. Het beperken van energieverlies door uitstraling via betere isolatie van de kas helpt daarbij. Extra energietoevoer naar het gewas via een groeibuis of door het stimuleren van luchtbeweging helpt ook, waarbij het zaak is om relatief droge, warme lucht in het gewas te brengen. Extra toevoer kost natuurlijk wel weer energie.
Bron: Kas als Energiebron