PPS Air Monitoring gelanceerd

PPS Air Monitoring gelanceerd

Als teler heb je te maken met allerlei ziekten en plagen die de gezondheid van je gewas kunnen beďnvloeden. Deze kunnen via de bodem, voedingsoplossing maar ook via de lucht worden verspreid. Hoe bemonster en analyseer je het beste of er ziekteverwekkers in de lucht van je kas aanwezig zijn? En zo ja, hoe weet je welke dit dan zijn? Dat wordt onderzocht in de PPS Air Monitoring, die zojuist is gestart en loopt tot 1 april 2026.

Het project gaat verschillende apparatuur waarmee luchtmonsters in kassen kunnen worden verzameld, vergelijken. Vervolgens worden deze monsters geanalyseerd op de aanwezigheid van ziekteverwekkers van planten (i.e. schimmels en bacteriën). Diverse onderdelen van het proces, van het nemen van het luchtmonster tot de moleculaire analyse en de resultaten, zullen worden geoptimaliseerd en waar mogelijk geďntegreerd. De luchtbemonsteringssystemen voor de monitoring van belangrijke ziekteverwekkers in de glastuinbouw worden vergeleken op capaciteit, efficiëntie en het vermogen om deze ziekteverwekkers te kunnen detecteren. Na de bemonstering zullen diverse moleculaire testen worden ingezet om te achterhalen welke schimmels en bacteriën nu in de lucht van de kas zijn. Daarnaast wordt bekeken waar en wanneer deze ziekteverwekkers aanwezig zijn, nog voordat er symptomen te zien zijn. Ziekteverwekkers verspreiden zich in ruimte en tijd door de kas afhankelijk van o.a. het groeistadium waar het gewas zich in bevindt, de temperatuur in de kas en de relatieve luchtvochtigheid. Al deze parameters worden meegenomen in de analyse van het luchtmonster. Bij verschillende telers wordt de apparatuur ingezet om luchtmonsters te nemen en vervolgens in het lab te analyseren.
 
De gewassen waarop in eerste instantie de focus ligt zijn: komkommer, gerbera en roos. In een later stadium kunnen ook andere gewassen bemonsterd worden. Daarnaast wordt er in het project samengewerkt met telers die hun praktijkervaringen in kunnen brengen.

Samenwerking
Twee Business Units van Wageningen University & Research (WUR) zijn betrokken bij het project: BU Biointeracties & Plantgezondheid en de BU Glastuinbouw & Bloembollen. Een breed consortium van organisaties is aangehaakt bij dit onderzoek. De grootste financier van het onderzoek zijn het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en Glastuinbouw Nederland via Stichting KIJK (Kennis In Je Kas), die de glastuinbouwtelers vertegenwoordigt. Andere partners in het project zijn: Gewas coöperaties Komkommer, Gerbera en Roos, Naktuinbouw, Royal Brinkman, Pessll Instruments, Bertin Instruments, 20/20 Seedlabs Inc, One Planet / Imec NL en Hogeschool Leiden.
 
Het onderzoek is onlangs gestart en loopt van 1 april 2022 tot 1 april 2026. Via een Publiek-Private Samenwerking (PPS) draagt het ministerie van LNV de helft van de kosten bij. De andere helft dragen de andere organisaties en bedrijven samen bij. Op de projectpagina van Wageningen University & Research zijn (tussentijdse) resultaten te vinden. Deze delen alle betrokken partners ook via hun nieuwsbrieven en andere kanalen.

Bron: Goedemorgen

Deel artikel