Telers gedwongen terug naar aardgas

Telers gedwongen terug naar aardgas

Koplopers in de glastuinbouw, die zijn overgeschakeld op duurzame warmte, zien zich door de hoge energieprijzen genoodzaakt weer over te stappen op stoken van aardgas in WKK's. Hiermee komen duurzame projecten in gevaar en dreigen de klimaatdoelen uit beeld te raken. Dit wordt veroorzaakt door de koppeling van subsidies aan de aardgasprijs en kronkels in de subsidiemethodiek. Ook al is een teler overgeschakeld op duurzame energie, het aardgas blijft hem nog altijd achtervolgen. Daar moet en kan de overheid wat aan doen, zo meent Glastuinbouw Nederland.

Alle grotere duurzame warmteprojecten met aardwarmte, biomassa en zonnewarmte worden geraakt door de hoge gasprijzen, constateert het onafhankelijke, gespecialiseerde adviesbureau BlueTerra Energy Experts. Het bureau bracht in opdracht van Glastuinbouw Nederland de situatie in kaart. Conclusie: in de glastuinbouw gaan projecten omvallen en bij stadswarmtenetten worden huishoudens geconfronteerd met zeer sterk gestegen warmtetarieven. Hierover zijn door de CDA-Kamerleden Bontenbal en Boswijk op 27 januari jl. Kamervragen gesteld.

Doorbelasten niet mogelijk
De hoeveelheid duurzame warmte die wordt opgewekt in de glastuinbouw staat gelijk aan ongeveer 300 miljoen m3 aardgas per jaar. Dat is het gasverbruik per jaar van 240.000 huishoudens. Warmtenetten met duurzame bronnen zijn genoodzaakt geweest de prijzen fors te verhogen, omdat ze worden gekort op subsidies en omdat operationele kosten stijgen. Huishoudens zijn hiervan de dupe. Maar glastuinbouwbedrijven kunnen de hogere prijzen niet doorbelasten, omdat de kostprijs van concurrenten met een aardgas-WKK niet is gestegen. Ondertussen verdwijnt heel veel subsidiegeld, dat reeds is gereserveerd voor de verduurzaming van Nederland, in de staatskas. Als bestaande projecten nu al financieel ten onder gaan, neemt het animo voor nieuwe projecten ook snel af.

Wat is er aan de hand?
De omstandigheden op de energiemarkten zorgen dus voor een grote bedreiging voor bestaande duurzame energieprojecten. De primaire reden is dat alle grotere duurzame warmteprojecten afhankelijk zijn van SDE-subsidie. Deze subsidie is gekoppeld aan de gasprijs om de zogenoemde onrendabele top af te dekken. Nu de gasprijs zo hoog is, dreigt de subsidie nul te worden. Bedrijven die de hogere kosten door kunnen berekenen aan de consument doen dat, bedrijven die daar niet in slagen kunnen failliet gaan. Belangrijk daarbij is dat de huidige hoge energieprijzen, door een aantal bekende weeffouten in de subsidieregeling, een desastreuse impact hebben op de projecten. De impact van deze fouten waren het afgelopen decennium nog acceptabel. Bedrijven met een duurzame installatie lopen een groter risico dan bedrijven die gewoon aardgas stoken en deze duurzame ondernemers kunnen dat risico niet afdekken.

Gedachte achter SDE-subsidie
De hoofdgedachte achter de Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie (SDE) is dat de regeling de onrendabele top afdekt tussen de kosten van groen en fossiel. Het gaat in de praktijk op meerdere punten mis, maar de belangrijkste is het gegeven dat bij projecten in de glastuinbouw, industrie en warmtenetten de referentiekostprijs van fossiel gebaseerd moet zijn op warmtekrachtkoppeling in plaats van op een gasketel. De warmtekrachtkoppeling heeft minder last van de extreem gestegen energieprijzen, doordat naast de dure input van gas, er ook wordt geprofiteerd door verkoop van dure elektriciteit. Dit zorgt ervoor dat de warmteprijs altijd relatief laag is. De subsidie van duurzame projecten is echter via het correctiebedrag gekoppeld aan de warmteprijs van een gasketel. Kortom: in theorie dekt de SDE-subsidie de onrendabele top, maar in de praktijk is dat niet het geval. Bij energieprijzen van de afgelopen twintig jaar werkte de SDE-systematiek naar behoren, maar in de huidige energiecrisis met niet eerder geziene, extreem hoge energie-prijzen niet meer.

Grote onzekerheid
Voor projecten die naast warmte ook elektriciteit produceren, bijvoorbeeld houtgestookte WKK's en biogasinstallaties, geldt een extra moeilijkheid. Waar bij de warmteregelingen de SDE op 1 januari vaststaat voor het komende jaar op basis van de 'year ahead gasprijs', wordt in de regeling waar ook gedeeltelijk elektra wordt opgewekt, het subsidiebedrag ach-teraf vastgesteld, op basis van de dag EPEX elektraprijs. Omdat de elektraprijzen pas achteraf bekend zijn, kan een ondernemer niet tijdig bijsturen. De bedrijven krijgen subsidievoorschotten uitbetaald, maar zoals het op basis van de huidige energieprijzen er nu uitziet, worden de voorschotten over 2022 begin 2023 teruggevorderd. Bovendien is de verwachting dat er straks in 2023 weinig tot geen voorschotten uitbetaald gaan worden. Dat kan in 2023 tot acute liquiditeitsproblemen en zelfs faillissementen leiden.

Om te voorkomen dat er projecten failliet gaan en een deel van de transitie ongedaan wordt gemaakt is er dringend actie door de overheid nodig.

Bron: Goedemorgen

Deel artikel